Drie vormen van aandacht loodsen ons door het leven

Inleiding

Een groot deel van mijn leven vraag ik mij al af waarom mensen doen zoals zij doen. Niet alleen vanwege het bijzondere gedrag dat mensen kunnen laten zien, maar vooral ook vanwege het alledaagse, ‘normale’ gedrag wat mensen laten zien. In veel gevallen vind ik het normale gedrag lastiger te begrijpen dan het bijzondere gedrag. Mijn ervaringen in 20 jaar pleegzorg hebben me duidelijk gemaakt dat er veel gedrag is dat we als samenleving nog niet begrijpen, waardoor we er ook niet goed mee om kunnen gaan, getuige het gevoel van onvermogen en onmacht bij ouders, pleegouders en de vele betrokken professionals.

Wat voor mij in de loop der jaren duidelijk is geworden, is dat sociale spanningen en problemen altijd te maken hebben met aandacht. Via de bewegingskunst aikido heb ik de afgelopen tien jaren veel kunnen experimenteren met aandachts-oefeningen. Zowel op de mat als in het dagelijks leven blijkt dat de manier waarop ik aandacht heb en krijg in grote mate bepalend is voor de kwaliteit van mijn relaties en daarmee voor de kwaliteit van mijn leven.

In dit artikel wil ik het hebben over de relatie tussen aandacht en het leven en laat me daarbij inspireren door de relatie tussen kracht en materie. Ik zal eerst kort ingaan op de relatie tussen kracht en materie om daarna de relatie tussen aandacht en leven te verduidelijken.

 

De relatie tussen kracht en materie

Het begrip ‘kracht’ kan bij verschillende mensen, verschillende associaties oproepen. Je kunt denken aan spierkracht, elektriciteit, of de kracht van motoren. Ik schat in dat de meeste mensen kracht niet in eerste instantie zullen associëren met het fundamentele bestaan van materie. Toch is dat het geval. Volgens de huidige wetenschappelijke theorieën kan materie zonder kracht niet bestaan. Om het bestaan en de eigenschappen van materie te kunnen verklaren wordt er in de natuurkunde vanuit gegaan dat er meerdere natuurkrachten bestaan. De krachten zelf zijn niet zichtbaar, maar uit het feit dat er aantrekkende of afstotende relaties bestaan tussen afzonderlijke stukjes materie, wordt afgeleid dat er iets moet zijn dat dit creëert. We hebben dus een krachtentheorie nodig om het bestaan, de eigenschappen en het gedrag van materie te kunnen verklaren. In het standaardmodel worden drie, of vier, fundamentele natuurkrachten beschreven.

Sterke kernkracht, veruit de sterkste fundamentele natuurkracht, houdt de deeltjes in de atoomkernen bij elkaar.
Elektromagnetische kracht werkt tussen positief en negatief geladen deeltjes en zorgt voor de samenhang tussen atomen en moleculen. In het dagelijks leven kennen we deze kracht in de vorm van bliksem en elektriciteit, maar ook wrijving is een vorm van elektromagnetische kracht.
De derde fundamentele natuurkracht is de zwaartekracht. Dat is de (aantrekkende) invloed die een grote massa materie heeft op andere materie. Hoe groter de massa, hoe groter de aantrekkende kracht. Deze kracht is klein, vergeleken met de andere krachten. Op atomair niveau wordt deze kracht dan ook teniet gedaan door de andere krachten, maar in het dagelijks leven kennen we zwaartekracht maar al te goed. Zwaartekracht maakt dat de appel naar de aarde valt, de aarde in een baan om de zon draait en blijft draaien en dat wij met beide benen op de aarde blijven en niet weg zweven.

Drie verschillende fundamentele krachten, die alle drie op een verschillende manier werken, zijn nodig om het bestaan, de eigenschappen en de samenhang tussen materie te verklaren. Wetenschappers kunnen veel vragen rondom de werking van deze krachten nog niet afdoende beantwoorden en waarschijnlijk zullen er altijd vragen blijven. Vooral de werking van zwaartekracht is een groot mysterie. Zo duidelijk als de werking is, zo onduidelijk is waar zwaartekracht door wordt opgewekt. Maar ondanks de vele onduidelijkheden die er zijn, wordt de krachtentheorie al eeuwen gebruikt, niet alleen om de werkelijkheid beter te begrijpen, maar vooral ook om onze maatschappij en ons leven vorm te geven. De wetten van Newton vormen de fundamenten van de mechanica en dynamica, twee wetenschapsgebieden die aan de basis staan van alles wat met mechanische beweging te maken heeft. We hoeven blijkbaar niet precies te weten hoe krachten werken om ze constructief in te kunnen zetten. Mijn voorstel is om hetzelfde te doen met een aandachttheorie. Om deze aandachttheorie maatschappelijk constructief te kunnen gebruiken lijkt het me van belang om te bouwen aan een gedifferentieerd en genuanceerd beeld van aandacht, zodat we in de communicatie over aandacht elkaar kunnen begrijpen.

 

De relatie tussen aandacht en leven en de analogie met kracht en materie

Ik heb de relatie tussen aandacht en leven al eerder geïntroduceerd. Ik zie aandacht als de basis, of liever, de voorwaarde die ons in staat stelt ons leven te leiden. Dankzij aandacht kunnen we opletten, onszelf beschermen, voor elkaar zorgen, geïnteresseerd zijn en doen wat er moet gebeuren. Zonder aandacht denk ik dat er geen interesse, bewustzijn, perceptie of doelgerichte actie zou zijn. Via aandacht verhouden we ons met de wereld waarin we leven. Leven heeft aandacht nodig, zoals materie kracht nodig heeft. Aandacht creëert leven omdat het betekenisvolle verbindingen creëert. Kracht is daartoe niet in staat. En net zoals er verschillende soorten kracht nodig zijn om het bestaan, de eigenschappen en het gedrag van materie te verklaren, zo zijn er verschillende soorten aandacht nodig om het leven en het gedrag van levende wezens, zoals mensen, te verklaren.

Mijn voorstel is om onderscheid te maken tussen drie vormen van aandacht, namelijk focusaandacht, verbindende aandacht en levensaandacht. In dit artikel zal ik deze drie vormen van aandacht kort beschrijven, om daarna wat dieper in te gaan op de onderlinge samenhang, de risico’s voor het leven en hoe we deze kennis kunnen gebruiken om gezonder te leven.

 

Levensaandacht

Wat zorgt ervoor dat een mens leeft? Vanuit een medisch perspectief wordt ons door wetenschappers en artsen uitgelegd hoe het menselijke lichaam werkt. Wat zij ons niet uitleggen is wat een mens doet leven. Wat er op het gebied van stofwisseling en biochemische processen allemaal gebeurt in ons lichaam is ongelooflijk gecompliceerd, maar chemie is wat er tussen atomen en moleculen gebeurt; tussen materie. Chemie is geen leven en het creëert geen leven. Ik ga er daarom van uit dat er iets bestaat, anders dan chemie, anders dan materiële processen, wat een mens doet leven. Mijn voorstel is om dat principe levensaandacht te noemen.

Als we de term 'sterke kernkracht' kunnen gebruiken voor wat naar onze mening nodig is om van losse protonen en neutronen een sterke kern te maken - zonder precies te weten hoe het werkt - dan kunnen we ook datgene wat een organisme laat leven 'levensaandacht' noemen, zonder dat we hoeven te weten wat het is, waar het vandaan komt, of hoe het werkt. Ik realiseer me dat ik met deze nieuwe term niet echt iets heb verklaart, maar het maakt wel duidelijk dat ‘aandacht’ en ‘leven’ onlosmakelijk bij elkaar horen, zoals ook ‘kracht’ en ‘materie’ bij elkaar horen en dat dus zonder het één, het ander niet kan bestaan.

Het idee voor levensaandacht is overigens ontstaan tijdens een ontwikkelcursus voor mensen met kanker. We kwamen er achter dat enkele van de problemen waar zij mee worstelen, zoals angst, onzekerheid, vermoeidheid en pijn niet goed passen in het model dat ik tot dan toe gebruikte. Er ontbrak iets in de basis, of eigenlijk het wás de basis die ontbrak: het leven zelf, ofwel levensaandacht. Levensaandacht is direct verbonden met ons 'zijn' en met onze houding en is aanwezig in het hele lichaam, maar heeft het bekken als thuisbasis. Wanneer je je aandacht in je bekken laat zakken, verminder je automatisch de twee andere vormen van aandacht. Als je dat doet, zul je merken dat je rustig(er) wordt en dat de aandacht wat naar binnen gaat. Je bent even op jezelf.

 

Focusaandacht

Zoals atomen en moleculen niet alleen kernkracht nodig hebben om te kunnen bestaan, maar ook elektromagnetische kracht, zo heeft een organisme niet alleen levensaandacht, maar ook focusaandacht nodig om te (over)leven. Focusaandacht creëert filters en geeft richting. Ze kiest als het ware: dit is goed voor me, dat niet; dit laat ik binnen, dat niet; deze omgeving voelt goed, die niet. Focusaandacht is in aanleg een zorgend mechanisme, verbonden met onze (basis)behoeften, maar ze laat ons, indien nodig, ook vechten, vluchten en/of bevriezen. Met andere woorden: ze stuurt ons beschermingsmechanisme aan. Deze bescherming werkt in ons lichaam, in ons bloed en onze cellen, en het werkt in ons sociale leven, dus ze werkt intern én extern.

Focusaandacht vormt, net als elektromagnetische kracht, de brug tussen de micro- en macrowereld. En het is interessant om te zien dat focusaandacht, net als elektromagnetische kracht, alles te maken heeft met aantrekken en afstoten, weerstand, wrijving en druk. Ervaar je druk in je leven? Ervaar je wrijving in de omgang met mensen? Voel je je aangetrokken tot iets, of iemand? In alle gevallen is het de focusaandacht die zijn werk doet. Het lijkt er op alsof het leven de kunst heeft afgekeken bij de materie, die evolutionair gezien, natuurlijk veel ouder is.

Focusaandacht gebruik je dus in een sociale context, maar niet alleen dan. Het is ook de aandacht die we gebruiken als we ons concentreren, bijvoorbeeld als we lezen, schrijven, of nadenken. Dat komt omdat focusaandacht, naast ons beschermingsmechanisme, ook verbonden is met onze verbeelding. De fysieke reacties die het gevolg zijn van ‘jezelf beschermen’ en van ‘concentreren’ lijken daarom veel op elkaar. Er is in beide gevallen in aanleg sprake van vergrote alertheid, gerichte aandacht en spanning.

Focusaandacht is werkzaam vanuit het bovenste deel van ons lichaam, vanaf het hart tot en met ons hoofd. Je gebruikt je focusaandacht als je je aandacht duidelijk richt. Dat is onder meer het geval als je verwachtingen, oordelen, verlangens, of overtuigingen hebt.

 

Verbindende aandacht

De derde vorm van aandacht is de verbindende aandacht. Deze verbindt ons met de wereld waarin we leven en met de andere mensen, dieren en planten waar we mee samenleven. Verbindende aandacht is voor het leven wat zwaartekracht is voor materie.

Waar focusaandacht staat voor dynamiek, actie, aantrekken en afstoten, creëert verbindende aandacht rust en verbinding. Het zorgt er voor dat je ontspannen aanwezig bent en laat ons onderdeel zijn van een groter geheel. Dat geeft houvast en stabiliteit. Verbinding biedt houvast, zoals zwaartekracht dat ook doet. Door de zwaartekracht maakt de aarde deel uit van een zonnestelsel, waarin zon en planeten een vaste plek hebben, maar ook in beweging zijn ten opzichte van elkaar.

Verbindende aandacht werkt vanuit drie verbindingscentra: je staartbeen (stuit), je centrum (buik) en je kruin. Ieder centrum neemt een ander gedeelte van de verbindingen voor haar rekening. De sociale verbindingen, daar waar het leven plaats vindt, werken via je centrum; een goede verbinding met de aarde loopt via je stuit en via je kruin maak je verbinding met, zoals ik het uitdruk, het Grote Geheel, of het Kosmische Bewustzijn. De verbindende aandacht die je via je centrum met je omgeving ervaart noem ik ook wel eens brede aandacht.

In de afbeelding zijn de drie verschillende vormen van aandacht weergegeven. De levensaandacht is blauwgrijs, de focusaandacht roodbruin en de verbindende aandacht is groen.

 

Onderlinge beïnvloeding

De verschillende vormen van aandacht hebben dus ieder hun eigen invloed, maar werken vanuit een en hetzelfde lichaam in hetzelfde leven dat door talloze andere levens wordt beïnvloed. Ze beïnvloeden elkaar, helpen elkaar, maar kunnen elkaar ook in de weg zitten. Ik geef enkele voorbeelden.

Wanneer er iets misgaat in ons lichaam (indringers, ziekte, schade), wordt ons beschermingssysteem, aangedreven door focusaandacht, geactiveerd. Omdat het interne helingsproces aandacht vraagt, zal de naar binnen gerichte focusaandacht groter worden en de verbindende aandacht verminderen, waardoor iemands stabiliteit af zal nemen. Als je ziek bent zul je daarom weinig trek hebben in sociale activiteiten en zul je je ook moeilijk kunnen concentreren.

Wanneer door verbeelding, concentratie en/of gevoelens van onveiligheid de focusaandacht toeneemt, zal dat de spanning en de stress in het lichaam vergroten. Ook nu zal dit, net als bij ziekte, ten koste gaan van je stabiliteit en gevoelens van verbondenheid. Als dit lang aanhoudt, of gepaard gaat met te veel spanning zal dat gevolgen hebben voor gezondheid en relaties. De mens is er namelijk niet op gebouwd om lange tijd veel stress te ervaren of verstoken te blijven van gevoelens van verbondenheid. Te veel focusaandacht uit zich via fysieke- en sociale problemen, zoals hart- en vaatziekten, depressiviteit, eenzaamheid en relatieproblemen.

De beïnvloeding kan ook de andere kant op werken. In een lastige, stressvolle situatie kun je bewust gebruik maken van verbindende aandacht en levensaandacht. Daardoor zul je automatisch ontspannen en de stress die het gevolg is van de focusaandacht zal verminderen. Om je in een stressvolle situatie, bijvoorbeeld via meditatie, over te kunnen geven aan verbindende aandacht en/of levensaandacht is enige oefening nodig. Ademhalingsoefeningen en aanraking kunnen je daarbij helpen.

Een samenwerking tussen focus- en verbindende aandacht ontstaat als tijdens het concentreren, de aandacht ‘laag’ wordt gehouden. Want dan blijf je verbonden met de omgeving, sluit je je niet meer af dan nodig is en creëer je weinig interne spanning. Deze samenwerking vereist enige oefening, maar iedereen die ergens heel goed in is, zal dit principe toepassen.

 

Onder druk verandert het leven

Uit het voorgaande is denk ik duidelijk geworden dat het leven beïnvloed wordt door een telkens veranderende mix van de drie soorten aandacht, bijvoorbeeld door afwisseling van persoonlijke contacten, taakgerichte concentratie en rustmomenten. Maar wat gebeurt er met de aandacht als het leven onder druk komt te staan?

Even terug naar de analogie: wat gebeurt er als je materie onder druk zet? Precies, de elektromagnetische krachten in het materiaal zullen toenemen. Het materiaal kan daardoor bijvoorbeeld stijgen in temperatuur. Een mens reageert min of meer hetzelfde. Zet (het leven van) een mens onder druk en je ziet de focusaandacht toenemen. We worden gespannen, onrustig, onzeker, gaan in ons hoofd zitten en kunnen niet meer stoppen met denken. Het kan zijn dat we opstandig worden, gaan oordelen en de eigen behoeftes belangrijker gaan vinden, dan die van een ander. We schieten gemakkelijk in de verdediging, maken snel gebruik van vlucht- en vechtgedrag. Als de druk te groot wordt, voelen we ons machteloos. Vechten of vluchten is niet langer zinvol. De enige optie die we nog hebben is bevriezen. We verliezen dan grotendeels het contact met de buitenwereld en worden stil. We haken af of worden juist meegaand en doen wat ons wordt opgedragen.

Zo gauw de druk minder wordt, zie je dat mensen weer meer gebruik gaan maken van verbindende aandacht. We maken contact, ontspannen, worden rustiger, meer zelfverzekerd en nemen weer verantwoordelijkheid voor wat we doen. Verbeelding wordt minder dominant en de ander wordt (weer) iemand waarmee je verbonden bent, in plaats van iemand die iets van je wil, of iets van je nodig heeft.

In mijn vorige artikel heb ik uitgebreid beschreven dat we in onze maatschappij, onder invloed van verbeelding en taakgericht denken, de focusaandacht belangrijker hebben gemaakt dan gezond voor ons én onze omgeving is. Niemand kijkt er van op als mensen meer aandacht besteden aan wat zij in het leven willen bereiken dan aan hun verbindingen. Focusaandacht is maatschappelijk gezien de dominante aandacht, ofwel basisaandacht, geworden. Je overgeven aan verbindende aandacht, of je beperken tot de levensaandacht, is iets dat je pas doet als je het verdient hebt, of als je niet meer anders kunt. Met focusaandacht als basis voor het leven wordt het leven automatisch onder druk gezet, met alle gevolgen van dien, zoals stress gerelateerde ziekten, sociale problemen en ongelijkheid.

 

Naar een open basishouding

Ik denk dat als we beter zouden begrijpen wat focusaandacht met ons doet, we er niet zo roekeloos mee om zouden gaan. Wat naar mijn idee maatschappelijk gezond zou zijn, is een verandering van houding waarin het accent meer ligt op levensaandacht en verbindende aandacht dan op focusaandacht. Deze houding, waarin verbeelding tweede viool speelt en het leven en onze verbindingen eerste viool, noem ik ‘de open basishouding’. Dat is een open, ontspannen houding, waarin we gezonde aandacht hebben voor onze omgeving, voor mensen waarmee we samenleven én voor ons eigen lichaam. We kunnen het belang van verbeelding begrijpen, maar hoeven haar niet op een voetstuk te plaatsen. De ander is in de eerste plaats een mens waarmee ik verbonden ben en pas daarna iemand met een mening, of overtuiging, die wellicht anders is dan de mijne.

Waarom dat niet makkelijk is begrijp ik goed. De overtuiging van een ander, vertaald naar gedrag, kan door mij als een belediging worden gezien als ik een andere overtuiging heb en er van overtuigd ben dat mijn overtuiging een waarheid vertegenwoordigd. Mijn overtuiging zet mij in de focusaandacht en zal dus spanning creëren in mijn leven. Die spanning kan nog worden vergroot door het gevoel van beledigd te zijn. Dit zorgt er voor dat ik gebruik ga maken van een mengvorm van vecht-, vlucht- en bevriesgedrag, wat zich uit in confrontatie en/of buitensluiten. De kans is groot dat dit door de ander weer gezien zal worden als een belediging, waardoor de ander ter verdediging ook gebruik gaat maken van zijn vecht-, vlucht-, of bevriesgedrag, et cetera. Omdat we er allebei van overtuigd zijn dat de ander begonnen is ("hij heeft mij beledigd!"), zien we elkaar als degene die schuldig is aan de situatie en zien we geen van beide de eigen rol in de escalatie. Dit werkt zo tussen individuele mensen, maar ook tussen groepen mensen.

Het is goed om er bij stil te staan dat het ook anders kan. Het enige wat nodig is, is dat een van beide gebruik maakt van verbindende aandacht en verbinding gaat voelen, in plaats van zich beledigd te voelen, of weg te kijken. Onder invloed van verbindende aandacht zijn we andere mensen dan onder invloed van focusaandacht. We zijn andere mensen en we zien ook andere mensen. Dit roept dat de vraag op wat de relatie is tussen aandacht en identiteit.

 

Tot slot

Tot zover een korte inleiding op de aandachttheorie. Deze theorie wordt inmiddels ondersteund door vele oefeningen, waarin aandacht en de relatie tussen mensen centraal staan. Deze oefeningen deel ik via workshops, cursussen, coaching en de aikidolessen.

 

Hans de Win